Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [49]Want wat lof is het, indien gij verdraagt, [50]als gij zondigt, en [daarover] [51]geslagen wordt? Maar indien gij verdraagt, als gij [52]weldoet, en [daarover] lijdt, dat is genade bij God. 49. Namelijk voor God, gelijk in het einde van het vers. 50. Dat is, als gij het wettelijk gebod uwer heren veracht of overtreedt. 51. Grieks met vuisten geslagen. 52. Dat is, God dient en Zijn geboden gehoorzaamt.